Frank Frijns (62) en Lauranne Jansen (60) zijn ouders van een zoon en een dochter. Zoon Koen (28) is theatermaker en toneelschrijver, dochter Yannick (21) was instructrice parachutespringen. Was, want op 31 maart 2016 werd ze doodgereden door een vrouw die volgens het OM tijdens het autorijden aan het appen was. Wat hen overkwam, vormde voor MATZER Theaterproducties de aanleiding voor het maken van de voorstelling SMART.
Frank: “Het idee van de voorstelling ontstond in 2019 toen Otto Quint – een goede vriend van de familie – en Marieke Simons van MATZER Theaterproducties per toeval met elkaar in gesprek raakten. Otto heeft het idee om een voorstelling te maken eerst aan ons voorgelegd, waarop wij in gesprek gingen met MATZER.”
Lauranne: “In de periode van de strafzaak besloten we op aanraden van onze advocaat Hanneke Comans-Diesfeldt, een stichting op te richten die aandacht vraagt voor de gevolgen van afleiding in het verkeer: Stichting Yannick. Daarmee willen we een stevige vuist maken en dat is een heel publieke aangelegenheid. Ons gezinsleven en herinneringen aan Yannick van daarvoor houden we daarom privé. De voorstelling mocht wat ons betreft dan ook niet letterlijk over Yannick gaan. Natuurlijk is het wel direct gerelateerd aan wat ons is overkomen. We zijn heel open het gesprek aangegaan. We hadden op dat moment totaal geen idee wat een voorstelling maken betekende of inhield.”
Frank: “In het eerste gesprek ging het voornamelijk over vanuit welk perspectief het verhaal verteld moest worden. Artistiek leider Madeleine Matzer kwam met de interessante invalshoek om het te vertellen vanuit de dader. Madeleine vroeg schrijver Peter de Graef een theatertekst vanuit die optiek te schrijven. Koen heeft namens de familie meegekeken, zelf hebben we de tekst niet gelezen. Zo’n stuk maken kan alleen op basis van vertrouwen.”
Impact
Lauranne: “Wij gaan het in die zin dus zien zoals alle andere bezoekers en dat vind ik ergens wel mooi. Natuurlijk zit daar altijd tussen wat ons is overkomen, dat is bij alle activiteiten met Stichting Yannick zo. Daar moeten we altijd weer doorheen. Het verschil was dit keer vooral dat we niet zelf de controle hadden over wat eruit ging komen. Voor het eerst hebben we nu letterlijk en figuurlijk de regie uit handen gegeven. We hebben onze visie en missie gedeeld en toen los moeten laten. Dat heeft al wat gedaan met mij… Voor mij het moeilijkste moment in dit proces. Nu ben ik vooral nieuwsgierig naar wat het geworden is en wat het teweeg gaat brengen.”
Frank: “We gaan eerst een doorloop bijwonen, dat hebben we afgesproken. We kennen het verhaal, maar niet de tekst. Heel spannend. Waar ik vooral naar uitkijk: raakt het me? Zoals Lauranne zegt, weten we van tevoren dat Yannick voor ons in dit verhaal zit. Maar brengt de voorstelling ook bij anderen teweeg wat we hopen?”
Lauranne: “Naast dat Frank en ik actief zijn met de stichting, is er nu ook een toneelstuk en een acteur. Wij doen ons best, als ouders, met allerlei initiatieven. Nu met het toneelstuk wordt het onderwerp aangeroerd vanuit een andere laag. Er vliegt daarmee iets uit, uit de stichting, en dat is goed. We zijn niet meer met z’n tweeën aan het proberen zeventien miljoen te bereiken.”
Frank: “We zijn de laatste jaren steeds meer gaan samenwerken met allerlei partijen. Dan moet je elkaars kracht vinden en kijken of je elkaar verder kunt brengen. Dat gaat vaak goed, soms ook niet. Het blijft altijd een beetje spannend, maar ik zie ook de voordelen van loslaten. Ik ben heel tevreden over de samenwerking met MATZER, er is echt gebruik gemaakt van waar wij als stichting voor staan. Onze ervaring en expertise is serieus genomen. Dat geeft vertrouwen.”
Lauranne: “Ons doel is bewustwording en mensen aanzetten tot ander gedrag. Het wordt nooit makkelijk, juist omdat het in alles wat we doen verweven is. Tegelijkertijd geeft het ons juist energie om te proberen voorkomen dat andere gezinnen moeten doormaken wat wij hebben meegemaakt.”
Frank: “Ik werd heel enthousiast van de vorm van een theatervoorstelling. We doen veel verschillende dingen met de stichting. Van voorlichtingsfilmpjes tot workshops; we proberen onze boodschap steeds weer anders te verpakken. Dit is echt iets nieuws voor ons. We zijn heel benieuwd naar de impact van theater. Met zo’n reeks voorstellingen bereik je meer en andere mensen. Ik ben heel benieuwd naar de reacties. De combinatie van de voorstelling en nagesprek is voor publiek denk ik echt confronterend, maar er is wel de mogelijkheid om het gesprek aan te gaan. Dat vind ik belangrijk, want hopelijk leidt dat niet alleen tot inzicht maar ook tot ander gedrag.”
Bewust
Frank: “Ik hoop dat dat er met de voorstelling in ieder geval een zaadje wordt gepland. Dat als mensen na het zien ervan in de auto of op de fiets stappen, die telefoon er toch maar even niet bij pakken. Toch maar niet dat berichtje checken. Daarnaast telt voor mij dat het artistiek een mooie voorstelling is. Want dan nemen mensen echt iets mee van de voorstelling, gaan ze het er met vrienden en familie over hebben.”
Lauranne: “Dat is de ultieme droom. We moeten het er veel meer met elkaar over hebben, zeker ook in gezinnen. Wij zijn als stichting niet tegen het gebruik van de smartphone; die is er nu eenmaal en daar moeten we mee leren leven. Maar ik hoop dat naar aanleiding van deze voorstelling ouders met hun kinderen in gesprek gaan over het ook af en toe kunnen wegleggen van dat ding. We moeten af van het idee dat we ontzettend veel missen als we niet op die mobiel zitten te kijken. Want daar begint het, daar moet broodnodig een kink in de kabel komen. Anders begint het met een appje tijdens het fietsen en dan al append op de scooter en is de stap naar appen in de auto zo gemaakt. Iedereen denkt: ‘ik kan dit’. En het gáát ook tien keer goed, of twintig, of misschien wel honderd keer. Maar een volgende keer ben je ineens een slachtoffer, of een dader.”
Verschillende knoppen
Frank: “Het is niet zo makkelijk om mensen daarop aan te spreken. Mensen schieten snel in de verdediging, worden boos of negeren je. Het wordt steeds lastiger om een vorm te vinden waarop je mensen indringend maar vriendelijk kunt aanspreken. Toch, juist vanwege een zekere verruwing in de samenleving, vind ik elkaar aanspreken het krachtigste wat we kunnen doen. Daar kan geen campagne of voorlichting tegenop. Het er met elkaar over hebben, dát heeft echte impact.”
Lauranne: “Gek genoeg hebben we er geen moeite meer mee om elkaar aan te spreken als iemand gedronken heeft en wil gaan rijden. We zijn het er tegenwoordig wel over eens dat je dat echt niet kunt maken. Dat was niet altijd zo en daar moeten we ook naartoe met de smartphone in het verkeer. Bewustwording, handhaving en regelgeving moeten daarvoor zorgen. Als we aan meerdere knoppen draaien, vanuit verschillende doelen, dan bereiken we samen het doel dat de overheid al heel lang heeft en waar we maar niet bij in de buurt raken: nul verkeersdoden. Dat lijkt een mission impossible, maar het kan wél. Ik vind het gek dat we de huidige situatie normaal vinden; eigenlijk moet je er in een land als Nederland toch vanuit kunnen gaan dat je veilig thuis kunt komen als je op je fiets of in de auto stapt?”
Frank: “Ondanks corona vielen er vorig jaar 480 verkeersdoden, en bijna 18.000 verkeersgewonden in ons land. En toch ziet het Ministerie van Verkeer en Waterstaat verkeersveiligheid niet als een prioriteit. De overheid weet al sinds 2000 dat mobiel telefoongebruik gevaar oplevert in het verkeer en daar is helaas pas de laatste jaren wat meer aandacht voor. Dat vinden wij verbijsterend, zeker omdat afleiding in het verkeer in toenemende mate (op dit moment al meer dan 20%) de oorzaak is van verkeersongevallen, al dan niet met dodelijke afloop.”
Interview: Danielle Linders
Foto: Florian Koch